Latere gedragskenmerken

Het lijkt er nu op dat je zelfstandig bent. Omdat je de neiging hebt alles zelf te doen. Maar schijn bedriegt, jouw zelfwerkzaamheid ontstaat alleen omdat je het moeilijk vindt afhankelijk te zijn van anderen. Want een beroep doen op anderen vind je moeilijk. Omdat je bang bent jezelf te verliezen. Overgave komt niet in jouw curriculum vitae voor. Ook het overgeven aan je eigen gevoelens vind je bijzonder riskant. Vandaar dat je probeert alles met je wilskracht op te lossen. Jouw slogan luidt: “Als je maar wilt kun je alles” Je kunt jezelf geen hulpeloosheid toestaan. Om die reden probeer je alles te controleren en te manipuleren. Hierbij gebruik je je wil om de omgeving naar je hand te zetten. Je houd je liever groot dan je eigen zwakheden te laten zien. Je moet in elke situatie beter en exclusiever zijn dan ieder ander. Maar jouw superioriteits-gevoel is niet echt. Je hebt steeds het gevoel door de mand te vallen, ontmaskerd te worden. Je hele houding geeft aan dat je je staande probeert te houden tegen het gevoel van faalangst in. Er is een voortdurende twijfel. Want deep down weet je dat je superioriteit uiterst wankel is en dat het heel snel van binnenuit in kan storten